De 24 deelnemers aan het project ‘Natuurinclusief Betuws Boeren’ hebben na drie jaar experimenteren met het toepassen van natuurinclusieve maatregelen op hun bedrijf de balans opgemaakt. Boomkwekers, fruittelers, akkerbouwers en melkveehouders hebben tijdens een slotbijeenkomst hun resultaten met elkaar gedeeld. De ervaringen zijn gebundeld in vier overzichtelijke kennisflyers.
De afsluitende bijeenkomst stond in het teken van de behaalde resultaten. Uit elke sector heeft een deelnemer zijn ervaringen toegelicht en ging daarna de met deelnemers in de zaal de discussie aan.
Een van de deelnemers verwoordde het prachtig: ”Het heeft mij bewust gemaakt van het feit dat we bewuster om moeten gaan met de natuur.” Het was dan ook voor hem een eye-opener toen hij ontdekte wat voor negatieve gevolgen het gebruik van chemische middelen heeft op insecten en het bodemleven. Natuurinclusief ondernemen vraagt om een andere mindset. De boomgaarden, in de boomteelt en fruitteelt, zien er tegenwoordig door het toepassen van maatregelen anders uit. Het bestaat nu uit grasbanen en bloemenstroken. Dat is voor menig teler even wennen.
Mechanische onkruidbestrijding
De deelnemers uit de boomteelt, fruitteelt en akkerbouw gaan in op de verschillende mogelijkheden om onkruid mechanisch te bestrijden. Op dit gebied is al de nodige ervaring opgedaan. Daarbij komen er steeds meer nieuwe en betere machines bij. Dit levert een besparing op in het gebruik van herbiciden. Bij de natuurlijke plaagbestrijding doen de deelnemers ervaring op met de toepassing van bloemranden, en willen hiermee het aantrekken van natuurlijke vijanden bevorderen. Het ontwikkelen en ontsluiten van (nieuwe) kennis is hierbij van groot belang. Dat geldt ook voor het monitoren van insecten in het veld. In de melkveehouderij is gewerkt aan productief kruidenrijk grasland, als alternatief voor de raaigrassen.
De ervaringen uit de vier sectoren zijn gebundeld in 4 leaflets. Download hier de flyers met ervaringen, advies en tips uit de praktijk:
Werken aan weerbare teeltsystemen
Helma Verberkt, directeur van Artemis geeft een reflectie op de ervaringen en onderwerpen waar de deelnemers de afgelopen jaren aan hebben gewerkt. Haar visie daarbij is dat de omslag naar weerbare planten en teeltsystemen in de land- en tuinbouw met biologie als basis essentieel is om te voldoen aan de maatschappelijke wensen op het gebied van verduurzaming.
Zij spreekt haar waardering uit voor de onderwerpen waaraan gewerkt is, om te voldoen aan de toekomstige eisen en wetgeving. Hoe dan ook de inzet van gewasbeschermingsmiddelen zal minder worden. Hierdoor wordt de transitie naar weerbare planten en teeltsystemen belangrijker. Dat betekent in de praktijk:
- Samenwerken met de natuur
- Biologische buffering
- Inspiratie voor een gezonde toekomst voor maatschappij, milieu en teler.
Zij ziet dat alle sectoren in het project werken aan een betere bodem door meer aandacht te hebben voor het bodemleven. Voor het monitoren van insecten verwijst zij naar de ontwikkeling van geautomatiseerde monitoringssystemen in de glastuinbouw. De toepassing van natuurlijke plaagbestrijding brengt risico’s met zich mee. Zij geeft aan dat het belangrijk is een risicobeheersplan te maken voor het geval natuurlijke plaagbestrijding niet genoeg is.
Zij wenst de deelnemers veel succes met hun verkenningstocht naar weerbare teeltsystemen en sluit af met de woorden:
Wie met zijn hoofd boven het maaiveld komt, ziet nog eens wat!
Deelnemers willen verder
De Agrarische natuurvereniging Lingestreek, mede initiatief nemer van het project kijkt met anderen naar een vervolg. De deelnemers willen graag informatie blijven uitwisselen tussen de sectoren en zien als belangrijk thema bodem in combinatie met het bodemleven voor weerbare teeltsystemen naar de toekomst.